Aan het eind van het vorig schooljaar werd nog maar eens verzucht dat ‘we nu echt toe zijn aan een lesmethode’. Voor begrijpend lezen bijvoorbeeld. De huidige methode is namelijk allang afgeschreven, de licentie verlopen of het voldoet simpelweg niet meer aan de eisen die jullie stellen. Want als school wil je nu echt beginnen met de vernieuwing van het onderwijs. En dan is het september en zit je plots in een werkgroep voor het kiezen van die nieuwe lesmethode. Aan jou en je collega’s de taak om de best passende methode uit te zoeken. Maar hoe pak je dit aan?
Een nieuwe lesmethode uitzoeken is geen routineklusje en je doet het niet van de ene op de andere dag. Waar je ook zit in het proces, neem de tijd. Om te bedenken wat je wil en hoe je het wil. Hieronder beschrijven we hoe je binnen het tijdsbestek van een schooljaar tot een weloverwogen keuze kunt komen. Natuurlijk kan dit ook sneller en kun je ook halverwege een schooljaar beginnen. Misschien hebben jullie als school helemaal niet zo veel tijd nodig om uit zoeken welke methodes je nader wilt bekijken. Neem in ieder geval wel ruim de tijd voor het testen van de nieuwe lesmethode. En ga in gesprek met andere scholen om ervaringen uit te wisselen.
Het is belangrijk dat de nieuwe lesmethode door het gehele team gedragen wordt. Want net zoals in iedere klas heel diverse leerlingen zitten, bestaat ook ieder schoolteam uit verschillende individuen die allemaal hun eigen wensen hebben. Om tot een juiste keuze te komen, hoeven natuurlijk niet alle leerkrachten in de werkgroep te zitten. Maar wel belangrijk is dat ieders belang behartigd wordt.
Je hoeft niet bang te zijn dat je hierdoor op een eenheidsworst uit zult komen. Zolang je als werkgroep maar een methode kiest die voldoet aan de criteria die jullie gaan opstellen. En al je collega’s gewoon op hun manier les kunnen blijven geven en waar zij zich prettig bij voelen.
Als school heb je heel duidelijk voor ogen wat je voor je leerlingen wilt bereiken. Vanuit je visie op onderwijs ga je op zoek naar een methode die daar het beste bij past. Wat hebben wij als school nodig om onze leerlingen klaar te stomen voor hun toekomst? Vind je vaardigheden belangrijk of wil je vooral kennis overdragen?
Hoe willen jullie werken? Terwijl de ene collega het liefst klassikaal lesgeeft, wil een ander de leerlingen vooral zelfstandig laten werken en ze alles laten onderzoeken. Niet iedere methode is geschikt voor iedereen. En jij krijgt dan wel veel energie van nieuwe lesideeën bedenken, maar bij een ander kost het alleen maar energie. Een methode waarin iedere leerkracht binnen je team tot zijn recht kan komen, zal het meest succesvol zijn.
Misschien heb je de afgelopen jaren veel tijd en energie gestoken in het maken van eigen lessen. Dan zou het natuurlijk fijn zijn als je dit materiaal binnen die nieuwe methode kunt blijven gebruiken.Ook financiële mogelijkheden kunnen een rol spelen. Je wilt niet weer voor meerdere jaren vastzitten aan een methode omdat je juist flexibel wilt zijn. Veel onderwijsuitgevers bieden trainingen aan zodat iedereen goed van start kan met de nieuwe methode. Neem dit mee in je overwegingen.
Wat vinden de leerlingen belangrijk? Toen CBS De Burcht in Heerenveen op zoek ging naar een nieuwe methode voor wereldoriëntatie vroegen zij de leerlingenraad om advies. “We willen niet alleen toetsen maar ook zelf een afsluiting van de stof kunnen kiezen”, zeiden de leerlingen. Het werd voor de werkgroep een van de criteria op basis waarvan zij een keuze maakte.
Nu komt het leukste gedeelte. Aan de hand van de wensen en criteria die jullie als werkgroep hebben opgesteld, ga je op zoek. Googelen! Een goed startpunt is ook SLO.nl. Daar vind je onafhankelijke informatie over de verschillende leermiddelen. Op de websites van de verschillende onderwijsuitgevers kun je vaak ook een brochure aanvragen of een proefles bekijken. Van iedere methode maak je een samenvatting. Zet daarbij vooral de voor- en nadelen op een rijtje. Deze informatie presenteren de werkgroepleden aan elkaar.
Aan de hand van deze, waarschijnlijke lange, lijst met lesmethodes zet je als werkgroep maximaal 3 methodes op de shortlist die je verder wilt onderzoeken. Niet meer. Je wilt namelijk voldoende tijd hebben per methode om deze in de praktijk te testen.
Bij veel methodes kun je zichtzendingen aanvragen zodat je er een goede indruk van krijgt. Ook bieden veel uitgevers proeflessen. Soms kun je een methode zelfs voor korte periode uitproberen. Dan kun je echt kijken hoe het in de praktijk werkt.
Jullie eigen indruk is natuurlijk het belangrijkste. Maar ga zeker eens bij andere scholen vragen wat hun ervaringen zijn met de desbetreffende methode. Weet je niet waar te beginnen? De maker van de methode kan je vast helpen aan contactgegevens van een school die al met hun methode werkt.
Wie weet hebben jullie al snel een voorkeur nu je meer weet over de methodes op je shortlist. Een goed moment om je bevindingen met de rest van het team te delen. Zeker wanneer je de methode met meerdere klassen wilt gaan uitproberen. Dan wil je dat natuurlijk met zoveel mogelijk klassen doen. En kom je erachter wat de leerlingen ervan vinden.
Als werkgroep heb je je bevindingen gepresenteerd aan je collega’s. De nieuwe methode is met (een deel van) de school uitgeprobeerd, de keuze is gemaakt en kan besteld worden. Eindelijk. Volgend schooljaar ga je beginnen met de nieuwe methode voor bijvoorbeeld wereldoriëntatie, rekenen of begrijpend lezen. Tijd voor taart!
Na de taart ben je nog niet klaar als werkgroep. Een nieuwe methode wordt sowieso wennen en veel dingen moet je net even anders aanpakken. Stapje voor stapje meegroeien met de methode. Om de nieuwe methode goed en snel te implementeren in de dagelijkse praktijk binnen je school, is het handig om bijvoorbeeld een gezamenlijke training te volgen. Want hoe beter je iets beheerst, hoe meer plezier je eraan beleeft. Als werkgroep zijn jullie nu de experts binnen de school voor de net aangeschafte methode. Je bent eigenlijk nog maar net begonnen. Nu wordt het pas echt leuk.